Duik de geschiedenis in

Forttaal

| Eva Bleeker

Bastion, redoute, maaiveld ... allemaal woorden die voorkomen in het taalgebruik rond forten. Maar wat wordt ermee bedoeld?

Arsenaal: magazijn voor wapens en munitie

Bastion: vijfhoekig aarden of stenen uitbouw aan een verdedigingswerk

Batterij: (een opstellingsplaats voor) een aantal stukken geschut

Coupure: doorsnijding of doorgraving van een vestingwal, dijk of inundatiekering

Dragonder: soldaat die zich per paard ('bereden') verplaatste en te voet ('afgestegen') vocht

Horde: vlechtwerk van wilgentenen

Inundatiekom: onderwaterstaand terrein waarop eenzelfde waterpeil staat

Kazemat: bomvrije ruimte voor de opstelling van vuurwapens, voorzien van een schietgat

Maaiveld: bovenkant of oppervlakte van natuurlijk of aangelegd terrein

Ravelijn: Driehoekig buitenwerk midden voor een vestingfront om de vestingwal of -muur te dekken

Redoute: een eenvoudig, meestal gesloten verdedigingswerk zonder bepaalde vorm

Remise: een bomvrije bergplaats voor geschut en ander materieel

Saillant: een uitstulpende punt van een ravelijn of bastion, kwetsbaar om te verdedigen

Schans: een eenvoudig, meetal aarden verdedigingswerk

Vesting: versterkte stad

Dit artikel verscheen eerder in Fort! Magazine, een uitgave van Forten.nl